Opinie

"Deutschland über alles?"

Arch. Kati Lamens, voorzitter NAV • 30 november 2017

Duitsland staat in het middelpunt van de belangstelling. Wat Frau Merkel (niet) zegt, wordt in de EU met argusoren gevolgd. Maar ook voor de uitoefening van het architectenberoep is Duitsland een potentieel gidsland. Het magische woord is daar momenteel ‘Honorar’.

Weldra doet het Europese Hof van Justitie een uitspraak over de Duitse HOAI, de Honorarordnung für Architekten und Ingenieure, een erkend en op wetenschappelijke leest geschoeid referentiesysteem voor de berekening van de erelonen van architecten en ingenieurs. In één woord samengevat: minimumbarema’s. Of de HOAI de toets van de Europese Commissiepolitiek van vrije mededinging zal doorstaan, valt af te wachten. Indien niet, dan zal een mogelijke Belgische variant op deze barema’s weinig overlevingskansen beschoren zijn.

 

Nochtans is er dringend behoefte aan zo’n oplossing. Voor architecten induceren wettelijk vastgelegde ereloonbarema’s een eerlijke vergoeding voor hun prestaties en een gezonde competitiviteit. Voor de consument bieden ze meer zekerheid over de kostprijs van een architectuurontwerp, transparantie over de relatie tussen prijs en prestaties, de mogelijkheid om offertes te vergelijken op basis van prijs/kwaliteit en veel minder risico op betwisting. Precies daarom hebben de verschillende organen van de orde, de diverse beroepsfederaties en verzekeraar AR-CO de bevoegde federale ministers Kris Peeters (economie, consumenten) en Denis Ducarme (middenstand, kmo’s, zelfstandigen) aangemaand om positie in te nemen en de Duitse regeling te verdedigen binnen Europa.

 

Als volgende fase kunnen zij dan een vergelijkbare regeling invoeren in ons land. Want de Belgische architect een wettelijke opdracht van algemeen belang geven met alle daaraan verbonden aansprakelijkheden, om hem dan te laten verzuipen in de orkaan van de vrije markt, lijkt ons niet meteen een voorbeeld van duurzaam beleid.