Nieuws

Bouwmeester: 'Niet langer konijnenkoten van appartementen bouwen'

19 juli 2018

Architecten hebben vandaag meer dan ooit tevoren een sleutelpositie in handen, zegt Vlaams bouwmeester Leo Van Broeck in een interview met Flanders DC. “We waren de tanden waarmee de mens de natuur opat, maar nu hebben we bij uitstek de sleutels van een duurzame toekomst in handen.”

Foto: Hatim Kaghat

De Bouwmeester wil dringend werk maken van meer ruimte in de natuur. "Vandaag bestaat het Vlaamse grondgebied voor 3% uit natuurreservaten terwijl dat in de dense delen van West-Europa minstens 25% zou moeten zijn en op wereldschaal zelfs de helft. We moeten dus opnieuw plaats maken voor de natuur door zelf dichter bij elkaar te wonen. Dat wil niet zeggen dat iedereen in Brussel moet komen wonen, maar wel in een stads- of dorpskern."

 

"We moeten stoppen met doen alsof wonen in een verkaveling gelijk is aan landelijk wonen", aldus Van Broeck. "In de negentiende eeuw had je geen verkavelingen. Toen woonde iedereen in een stad of dorp. In het Italiaanse San Gimignano is dat nog altijd zo. De bevolkingsdichtheid ligt daar even hoog als in Brussel, maar toch vinden we dat daar allemaal fantastisch. De enigen die in een vierkantshoeve op het platteland woonden, waren de echte boeren. Daarom noem ik onze verkavelingen de leugen van de landelijkheid."

 

Aan verspreid wonen hangt bovendien een prijskaartje, voor o.a. kabels, wegen en rioleringen. Al begrijpt Van Broeck dat mensen op zoek zijn naar stilte, rust en privacy. "In het bieden van dit comfort ligt de uitdaging voor jonge architecten. We mogen niet langer konijnenkoten van appartementen bouwen, maar moeten meer kwalitatieve betaalbare woningen realiseren die qua pretfactor kunnen concurreren met de villa van het platteland. Zo maken nieuwe collectieve woonvormen het bijvoorbeeld mogelijk om in de stad een feestje in je tuin te geven. We moeten meer doen op minder plaats. In die zin is het belang van architectuur dus alleen maar toegenomen."