Nieuws

Steeds meer vrouwen kiezen voor vrij beroep

29 augustus 2019

Voor het eerst zijn de vrije beroepers met meer dan de zelfstandigen die handel drijven, zoals bakkers en slagers. Vooral bij vrouwen zijn de vrije beroepen erg in trek. Dat blijkt uit de Polsslag 2019, het jaarlijkse rapport waarin de Federatie Vrije Beroepen gegevens verzamelt over het vrije beroep.

Het vrije beroep steekt de handel voorbij


Lange tijd was de handel de sector waarin het grootste aantal zelfstandigen actief waren. In 2018 is dit voor het eerst de sector van het vrije beroep waarin thans 341.936 zelfstandigen actief zijn, tegenover 327.090 in de handel. Deze beweging is te verklaren doordat er in 2018 meer starters waren in het vrije beroep dan in de handel, terwijl er in de handel meer stoppers waren.

Het aantal starters in het vrije beroep mag dan nog steeds hoog liggen en hoger dan in de handel, toch zagen we in 2018 een terugval van 3,63 %, van 34.696 starters in 2017 naar 33.433 het afgelopen jaar. “Dat het aantal starters in het vrije beroep licht afneemt, is niet negatief” zegt Marieke Wyckaert, voorzitter van de Federatie Vrije Beroepen. “De massale groei van het aantal vrije beroepers de voorbije jaren heeft een enorme concurrentie tot gevolg waardoor het voor alle gevestigde vrije beroepers moeilijker wordt om het hoofd boven water te houden. Het feit dat het aantal starters in het vrije beroep licht afneemt tot een niveau vergelijkbaar met de andere sectoren, is eerder geruststellend.” Net zoals de voorbije jaren vinden we het grootste aantal starters bij de intellectuele vrije beroepen (22.204) gevolgd door de vrije beroepen in de zorgsector (8.657).


Vervrouwelijking in het vrije beroep zet zich verder door


Voor het zesde jaar op rij startten meer vrouwen dan mannen in het vrije beroep (51,55% tegenover 48,45%) wat de totale man-vrouwverhouding in het vrije beroep op 55,02%/44,98% brengt.

 

Goed nieuws, al maakt de Federatie in Het Laatste Nieuws wel een kanttekening: “Dat het aantal vrouwen met een vrij beroep zo hard toeneemt, is inderdaad belangrijk, maar ik hoop dat er een tijd komt dat dit niet meer gezien wordt als ‘een op te pikken element’. Vrouwen zijn weliswaar massaal in het beroep aanwezig, maar niet of nauwelijks in de top, bijvoorbeeld als stafhouder of hoofdgeneesheer."