Opinie

"Renovatie: een onmisbaar stukje in de klimaatpuzzel"

Kati Lamens, nationaal voorzitter NAV • 30 januari 2020

Het Vlaamse Energie- en Klimaatplan 2021-2030 lokte heel wat reacties uit. Daarin ontbrak het niet aan kritische stemmen. Begrijpelijk, want het plan legt de lat voor de reductie van broeikasgassenemissies (-32,6%, vergeleken met 1990) niet ambitieus hoog en boorde geen nieuwe pistes en inzichten aan. Maar het bevat ook positieve elementen die het zeker verdienen dat we ze even onder de aandacht brengen.

Een eerste is de sterke klemtoon op energetische renovaties. Recent bleek uit een rapport van het interuniversitaire onderzoeksteam Steunpunt Wonen dat in maar liefst 95% van de Vlaamse woningen (2,5 miljoen!) renovatiewerkzaamheden nodig zijn, willen we tegen 2050 tot de beoogde klimaatneutraliteit (quasi 0% broeikasgassenemissie) komen. We zijn dan ook verheugd dat de Vlaamse overheid de drempels voor ingrijpende energetische renovaties wil verlagen door de epb-berekeningsmethode transparanter en eenvoudiger te maken en meer ruimte te laten voor innovatieve bouwtechnieken. Hopelijk geldt die vereenvoudiging ook voor de te behalen epb-eisen. Het is immers ten zeerste de vraag of de huidige, eenzijdige nadruk op de bouwschil resulteert in een energiebesparing die opweegt tegen de vereiste investering. Het S-peil voor ingrijpende energetische renovaties vanaf volgend jaar verstrengen naar S28 valt dan ook rationeel niet te verantwoorden.

 

In geval van maatwerkadvies vallen volgens het klimaatplan kandidaat-verbouwers het best terug op een pool van architecten met BENOvatie-ervaring, stelt het plan. Een terechte bemerking, want alleen architecten beschikken over de knowhow om het brede spectrum aan uitdagingen - energie, comfort, esthetiek, aanpasbaarheid, ruimtelijkheid, ruimtegebruik - tot een coherent geheel te bundelen.

 

Tot slot kunnen we ons als beroepsorganisatie voluit achter de oproep van de Vlaamse Regering scharen om de 6% btw op vernieuwbouw te veralgemenen. Dat kan eventueel gepaard gaan met bepaalde restricties en voorwaarden, bv. inzake de opportuniteit om wel of niet te verdichten op bepaalde plekken, zodat de maatregel niet tot ongewenste neveneffecten leidt maar de beoogde bouwshift versterkt.

 

Is daarmee alles koek en ei? Neen, verre van. Als we de komende decennia jaarlijks de gewenste 2,5% doorgedreven energetische renovaties willen realiseren, zal de overheid naast de geplande renteloze renovatielening en de verlaagde registratierechten verder werk moeten maken van innoverende financieringsmethodes, van een gericht doelgroepenbeleid, een grootschaliger aanpak, een voldoende aanbod aan vaklui, een doortimmerde kwaliteitsborging en een performant opvolgingssysteem. Er ligt dus nog heel wat werk op de plank. Maar misschien ligt op die plank evenzeer een unieke opportuniteit voor de Vlaamse Regering om het gewenste wervende toekomstverhaal te schrijven. Wij architecten willen dan zeker mee de pen vasthouden.