Het beroep van de architect

Liese Nouwen: “Als je vindt dat je er klaar voor bent, spring dan!”

Staf Bellens • 30 september 2020

Liese Nouwen (UHasselt campus Diepenbeek, 2016) startte meteen na haar stage haar eerste eigen project op, een nieuwbouw eengezinswoning. Intussen werkt ze vier dagen per week als projectarchitect op het bureau waar ze haar stage beëindigde, en heeft ze de rest van de tijd haar handen vol met eigen opdrachten.

Liese Nouwen

Ken uzelf, zeiden de oude Grieken. “Ik heb bewust gewacht tot na mijn stage om de stap naar een eigen project te zetten, omdat ik me er pas toen klaar voor voelde. Bij mijn eerste stagemeester boog ik mij over dossiers van particuliere woningbouw voor opdrachtgevers met een hoger budget en kreeg ik redelijk veel verantwoordelijkheid toegemeten. Maar wegens onvoldoende werk ben ik al na een half jaar overgestapt naar een ander bureau, waar ik vooral vergunningdossiers, bestekken en meetstaten voor grootschaliger bouwwerken op mijn conto kreeg. Van contact met opdrachtgevers was minder sprake en de voeling met de projecten was hierdoor minder aanwezig. Gelukkig kreeg ik op het derde bureau waar ik mijn laatste zes maanden stage heb doorlopen, de kans om een dossier van begin tot einde op te volgen. Het voordeel van een stage in meerdere bureaus is dat je inzicht krijgt in wat je wel/niet wil, welke projecten je wel/niet liggen, in welke taken je sterk/minder goed bent. Ik vond plannen in 2D uittekenen bv. frustrerend, zodat ik bij de keuze van een volgende stageplaats tekenen in 3D bewust als een selectiecriterium heb meegenomen. Je krijgt ook een goed inzicht in de mogelijke manieren waarop architectenbureaus zich organiseren.”

 

“Uiteraard bestaat 100% zekerheid niet, maar na dat laatste half jaar was mijn zelfvertrouwen voldoende groot om volledig zelf het heft in handen te nemen. De verantwoordelijkheid schrikte mij niet af. Als je de studies architectuur aanvat, weet je dat de job op dat vlak veeleisend is. Ook dat er mij naast het eigenlijke ontwerpen minder leuke taken zouden wachten, was voor mij een evidentie. Wat niet belet dat het spannend blijft.

Ontwerp Woning_KV - Liese Nouwen

LinkedIn is calling

“Mijn eerste opdracht omvatte de bouw van een eengezinswoning. Dat klinkt als een fikse uitdaging, maar is technisch eenvoudiger dan een verbouwing. Je start van nul, je weet perfect wat je te wachten staat en je hoeft geen rekening te houden met de bestaande toestand en met meestal onprettige verrassingen. Bovendien kan je meteen je eigen stempel op het project zetten.”

 

“De manier waarop ik die opdracht verwierf, is eerder uitzonderlijk. Via LinkedIn, waar ik een basisprofiel zonder toeters of bellen en uiteraard zonder referenties had aangemaakt, kreeg ik een bericht van mensen die op zoek waren naar een gemotiveerde architect in de regio Noord-Limburg. Het eerste onderhoud verliep vlot en we kwamen snel tot een akkoord.”

 

“Het architectenbureau van mijn laatste stagemeester, waar ik nu werk, heb ik niet betrokken bij dat of latere dossiers. Wel kan ik met incidentele vragen of met situaties waarvan ik niet goed weet hoe ze aan te pakken, aankloppen bij mijn collega’s. De keren dat ik dat heb gedaan,  ging het meestal om technische vragen.”

 

“Omdat de opdrachtgevers veel zelf wilden invullen, is het project verspreid over een langere tijd en zitten we na ruim een jaar nog in de fase van afwerking. De opdrachtgevers houden me stipt op de hoogte van de evolutie, zodat ik weet wanneer er belangrijke werkzaamheden staan geprogrammeerd en ik dus op de werf moet verschijnen. Uiteraard sta ik ook klaar als ze vragen hebben. Achteraf bekeken denk ik niet dat ik de opdracht vandaag anders zou aanpakken."

Op de werf - Liese Nouwen

Hoe het overzicht bewaren?

“Intussen heb ik meerdere eigen dossiers: een tweede nieuwbouw eengezinswoning, enkele verbouwingen. De grootste uitdaging is momenteel: hoe bewaar ik het overzicht? Bij een architectenopdracht komt veel meer kijken dan voorontwerp, ontwerp, bouwaanvraag, uitvoeringsdossier en werfopvolging. Je moet er ook op toezien dat alle andere verplichtingen in orde zijn, zoals de epb-reglementering of de veiligheidscoördinatie. Met meerdere lopende werven is het niet eenvoudig het overzicht te bewaren. Wie moet wat nog leveren? Hoe zit het met de facturatie? Die administratieve en managementtaken komen amper of niet aan bod tijdens de opleiding. Momenteel bekijk ik de mogelijkheden van digitale tools die binnen het bureau waar ik werk worden ingezet, zoals Teamleader voor offertes, projectbeheer en facturatie, of ArchiSnapper voor werfverslagen, samenwerking en oplevering.”

 

“Of mijn leeftijd een obstakel vormde om eigen opdrachten te verwerven? Het grootste nadeel is dat je in het begin potentiële klanten geen referenties kunt voorleggen. Dat maakt het moeilijker om hun vertrouwen te winnen. Intussen ben ik doorheen die fase gesparteld en merk ik stilaan de kracht van mond-tot-mondreclame. Ik moet af en toe opletten dat ik mezelf niet voorbij hol, zeker omdat ik mijn job als zelfstandig medewerker op het architectenbureau niet wil opgeven. Eigen projecten zijn prima, maar het contact met collega’s vind ik even belangrijk. Weten dat je er niet alleen voor staat en dat je met je vragen desgewenst kunt terugkoppelen naar anderen, geeft een fijn gevoel. Daarom vind ik de combinatie momenteel ideaal. Waar ik over pakweg vijf jaar wil staan? Time will tell.”

Realisatie woning - Liese Nouwen

Verzekering en ereloon

“Voor mijn verzekering beroepsaansprakelijkheid heb ik meteen een jaarpolis genomen. Uit de opleiding wist ik dat die oplossing goedkoper is zodra je meer dan een werf op een jaar hebt. Vooruit dan maar, dacht ik. Als er een tweede werf bij komt, is dat financieel interessant en hoef ik geen extra administratieve rompslomp te verrichten. Zo niet, dan betaal ik maar iets meer aan premie.”

 

“Wat het ereloon betreft, verwachten klanten dat je als starter wat goedkoper bent. Dat lijkt mij ook aanvaardbaar. Je hebt geen referenties aan de hand waarvan ze je werk kunnen evalueren en nemen dus een zeker risico. Ook liggen je werkingskosten als starter lager dan een bureau dat al op kruissnelheid zit. Beschouw het als een leerschool en leg je erbij neer dat de winst de eerste keer wat magertjes uitvalt, luidde dan ook mijn adagium.”

 

“Een offerte maken vind ik niet vanzelfsprekend. Voor een aantal elementen kan je het aantal werkuren redelijk correct inschatten op basis van je stage-ervaring: concept, voorontwerp, ontwerp, bouwaanvraag. Voor andere delen van de opdracht ligt dat moeilijker. Misschien beslissen de opdrachtgevers bv. pas in de loop van het project dat ze de bouw gedeeltelijk zelf willen realiseren, wat een intensere begeleiding vergt. Of word je geconfronteerd met een minder kwaliteitsvolle aannemer, waardoor je meer werk op je bord krijgt. Ook hier is het trial & error en leer je uit foute inschattingen.

De tips van Liese

“Uiteraard moet je tijdens je stage in aanraking komen met alle aspecten van het beroep, zodat je weet hoe alles in elkaar zit en je je geen taken op de hals haalt die je niet de baas kunt. Maar als je van mening bent dat je er klaar voor bent, doe het dan. Wachten op het perfecte moment leidt alleen maar tot immobilisme. Twijfel niet te veel aan jezelf, maar durf gewoon. En neem kritiek niet al te persoonlijk op. In het begin is dat makkelijker gezegd dan gedaan. O jee, ik heb een fout gemaakt, denk je dan. Til daar niet te zwaar aan. De job moet leefbaar blijven, anders hou je het niet vol.”

 

“Verder mag je zeker niet het gevoel krijgen dat je er helemaal alleen voor staat. Aarzel niet om hulp te vragen aan collega’s, voormalige medestudenten of anderen. Je hoeft je daarvoor zeker niet te schamen. Je kan nu eenmaal niet alles meteen weten en kennen. De architectuurpraktijk is en blijft een leerproces.”