Nieuws

Meer ondernemersvrijheid voor architecten dankzij aangepaste wet Laruelle

13 juni 2024

Gisteren is een wijziging van de wet Laruelle in het Belgisch Staatsblad verschenen. Hiermee haalt NAV na jaren ijveren voor meer ondernemersvrijheid voor architecten haar slag binnen en wordt er komaf gemaakt met (fiscale) discriminatie. Deze nieuwe wet kan het ondernemerschap in de sector een boost geven.

Foto: Dean Drobot - Shutterstock

Samen met andere architectenverenigingen en de Orde ging NAV jaren geleden in overleg met de federale regering over de wet Laruelle. Het doel? De wet hervormen zodat architecten meer ondernemingsvrijheid krijgen en niet langer fiscaal worden gediscrimineerd. Tegelijk werd benadrukt dat architecten de controle over de Laruellevennootschap moeten behouden.

 

Groen licht

Deze gezamenlijke inspanningen werden beloond, want halfweg april gaf de Kamer van Volksvertegenwoordigers groen licht voor een wetsontwerp van Minister David Clarinval (Middenstand, Zelfstandigen, Kmo’s en Landbouw) tot wijziging van de wet van 20 februari 1939 op de bescherming van de titel en van het beroep van architect én van de wet van 26 juni 1963 tot instelling van een Orde van Architecten. Nu is de wetswijziging in het Belgisch Staatsblad verschenen, wat betekent dat ze definitief in werking treedt.

 

Soepelere voorwaarden

De voorwaarden voor de uitoefening van het beroep van architecten door een rechtspersoon zijn versoepeld.

  • Architecten mogen vanaf nu naast architectuuropdrachten ook nog andere activiteiten die verenigbaar zijn met architectuur uitvoeren. Denk bijvoorbeeld aan meubels ontwerpen en op de markt brengen. Wat nog steeds niet mag, is meubels op maat installeren bij klanten, want dan neem je de rol van aannemer op en dat blijft onverenigbaar met architectuur.
  • Ook het aandeelhouderschap werd hervormd. Meer dan de helft van de aandelen en van de stemrechten zal in handen moeten zijn van architecten in plaats van 60% zoals vroeger. Architectenkantoren hebben meer mogelijkheid om externe investeerders aan te trekken of bijvoorbeeld om hun levenspartner in de zaak te betrekken. Dit wel zonder de controle over de vennootschap uit handen te geven aan niet-architecten. Omwille van de onverenigbaarheid mag geen enkele aandeelhouder architect-ambtenaar zijn of aannemer van openbare of private werken.
  • Verder zullen ook niet-architecten bestuurder kunnen zijn, zolang meer dan de helft van de bestuurders wél architect is. Dit maakt het mogelijk om personen met een andere achtergrond en expertise – zoals human resources, economie, rechten, … – in je bestuur op te nemen. Dat is uiteraard een voordeel, maar het houdt ook risico’s in. Het bestuur is het machtigste orgaan van een vennootschap, NAV had dan ook liever gezien dat de controle door architecten sterker was verankerd, maar daar is men ons helaas niet in gevolgd. Opnieuw mag geen enkel lid van het bestuur aannemer zijn van openbare of private werken of architect-ambtenaar.
  • En last but not least: de hervorming maakt komaf met een vorm van fiscale discriminatie die voorheen op de Laruelle-vennootschappen ruste. Je zult nu immers ook als vennootschap – en dus niet langer enkel als natuurlijk persoon – in het bestuur van de Laruellevennootschap kunnen zitten. Dat kan fiscaal interessanter zijn in het kader van het uitkeren van tantièmes.

 

Juridisch fundament voor architect-vastgoedmakelaars

Voortaan is er een wettelijke rechtsgrond voor de verplichting voor elke architect-vastgoedmakelaar om kwaliteitsrekeningen (derdenrekening en rubriekrekening) te hebben. De gelden van cliënten of derden van architect-vastgoedmakelaars worden uitsluitend via deze rekeningen verhandeld. Vroeger weigerden banken die rekeningen te openen, omdat ze de verplichting die voorzien is in artikel 34 van het Reglement van beroepsplichten als onvoldoende grond beschouwden, maar door de wetswijziging is er nu dus een wettelijke basis.