Nieuws

'k Vraag het aan: Xaveer de Geyter aan Luc Deleu

1 juni 2017

Xaveer De Geyter: “Speelt schoonheid een rol in het werk van T.O.P. Office? In hoeverre en op welke manier?”

Luc Deleu: “Hiermee wordt deze reeks vragen en antwoorden meteen en terecht op het metafysisch vlak getild. Maar om te antwoorden: ja, uiteraard speelt de schoonheid een van de hoofdrollen in het werk van T.O.P. office.

Mijn romantische ik wordt nog altijd getroffen door de archetypische schoonheid van schepping en aarde waar ik, zonder overdrijven, met schroom en ontzag voor leef en werk. Lang geleden al, tijdens mijn studententijd, dacht ik dat de tijd gekomen was om wat nog (min of meer) ongerepte natuur was zo veel mogelijk te conserveren, wat mooi en goed gebouwd was nuttig te gebruiken en goed te onderhouden en minder te bouwen. Kort daarna besloot ik mij in hoofdzaak toe te leggen op theoretische architectuur, conceptuele bouwkunst ook, dat wat, denigrerend, papieren architectuur genoemd wordt.

 

“L’Architecture, c’est pour émouvoir”, schreef Corbu in “L’ Esprit nouveau”.

Zonder streven naar schoonheid is er alleen maar wat onduurzaam gebouw. Architectuur is meer dan problem solving, maar als de probleemoplossende arbeid zich overstijgt kan dat leiden naar “universele” schoonheid en “eeuwige” aantrekkelijkheid. Rationeel en objectief analyseren en synthetiseren kan mij in een transcendente toestand brengen waar het onvoorziene zich aandient. Ik heb daarom hardnekkig het idee niet zelf schoonheid te maken maar ze eerder op een mysterieuze manier cadeau te krijgen. Het scheppend proces lijkt ontwerpers in contact te brengen met de wonderlijke droomwereld van het persoonlijk en collectieve onbewuste. Door concentratie maken zij hun hoofd vrij van hersenspinsels en stellen zich zo open voor inspiratie.

Ik vergelijk T.O.P. office graag met een band of een combo waar het onderling spel ook synchroon (niet causaal), direct en bovennatuurlijk is en waar toeval een belangrijke en merkwaardige rol speelt.

 

Schoonheid is een kleed voor inhoud.

Schoonheid komt in vele facetten van het architecturaal ontwerp naar voor: in het concept, in vormen, in het beeld, in de structuur ...

Bij ons, T.O.P. office, gaan esthetiek en ethiek hand in hand. Schoonheid is een kleed van ethiek en het is plezanter om iets goed aan te kleden dan rotte appels te verpakken. Schoonheid dient niet als verontschuldiging voor het bouwen van om even wat. Vertoon dat misstanden wil maskeren valt trouwens vlug door de mand (alhoewel, toegegeven, zeden en normen vlugger veranderen dan schoonheidsidealen en van een andere orde zijn).

 

Orde in het grote, chaos in het kleine.

De openbare (stedelijke) ruimte is het werkterrein par excellence voor stedenbouwers en architecten en vooral voor T.O.P. office. Naast kunstinterventies in de publieke ruimte, een belangrijk onderdeel van ons werk, onderzoeken en ontwerpen wij vooral een breed opgezette stedenbouwkunst binnen een planetaire context en we kiezen daarbij voor grootschalige schoonheid. Wij geloven nu eenmaal in het structurerend vermogen van een quasi onaantastbare monumentale structuur als tegenpool voor een chaotische, vrije en veranderlijke invulling. Controle over grootschaligheid en tolerantie bij de invulling - vrijheid dus voor het individuele detail -  komt al in het “Orbanistisch Manifest” aan bod.

 

Architectuur met een eenduidig concept in een complexe uitwerking.

Al mag vandaag bouwkunst best wat uitdagender zijn, toch heb ik een natuurlijke en ongedwongen bouwkunst het liefst, een bouwkunst met onopvallende schoonheid. Ik vind ook dat architectuur blijmoedig en genereus mag zijn, grappig en olijk, terwijl ik anderzijds het onpeilbare van een gebouw erg belangrijk vind.

Maar, ik hou niet van boekhouders- en managersarchitectuur, dat is nu eens papieren architectuur, zeg.

Een mens verdient beter.

In de volgende editie van NAV News lanceert Luc Deleu een nieuwe vraag. Spannend …