Waarnaartoe met het huishoudelijk afvalwater?
Hoe en waar je huishoudelijk water moet afvoeren, hangt af van de ligging van je perceel op het zoneringsplan. Het zoneringsbesluit van 2006 definieert vier ruimtelijke zones:
- het centraal gebied
- het collectief geoptimaliseerd buitengebied
- het collectief te optimaliseren buitengebied
- het individueel te optimaliseren buitengebied
De voorwaarden voor het lozen van huishoudelijk water variëren naargelang de ligging op het zoneringsplan. In de eerste twee zones wordt het afvalwater opgevangen in een riool en vandaar afgevoerd naar een operationele rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI). De gemeente, of de rioolbeheerder en het gewest staan in die gevallen in voor de inzameling en de zuivering van het afvalwater.
In de twee laatste zones ligt de verantwoordelijkheid voor het zuiveren van het afvalwater bij de burger.
Als je perceel in geen van de vier zones ligt, gelden dezelfde regels als voor het individueel te optimaliseren buitengebied. We overlopen zone per zone de voornaamste bepalingen.
1. Centraal gebied en collectief geoptimaliseerd buitengebied
In het centraal gebied en in het collectief geoptimaliseerd buitengebied is er een openbare afvalwaterriolering aanwezig, die verbonden is met een operationele waterzuiveringsinstallatie. Je bent in deze gebieden verplicht het afvalwater aan te sluiten op de openbare riolering.
In de meeste gevallen wordt de toepassing van septische putten in deze zones afgeraden omdat ze vuilvracht achterhouden en bijdragen aan de productie van broeikasgassen en zwavelzuur.
In specifieke gevallen maakt de afwateringssituatie op het privé- of openbaar domein een voorbehandelingsinstallatie toch wenselijk of noodzakelijk. Het college van burgemeester en schepenen of de rioolbeheerder kan in deze gebieden een voorbehandelingsinstallatie opleggen als de afwateringssituatie of de aard van de toegepaste zuiveringstechnologie dit vereist.
Afhankelijk van de beschikbare helling (in combinatie met de buisdiameter en het debiet op het privédomein) kan ook de bouwheer een voorbehandelingsinstallatie plaatsen, om verstoppingen te vermijden.
Een voorbehandelingsinstallatie in het centraal gebied en het collectief geoptimaliseerd buitengebied ontvangt best enkel zwart water (een combinatie van zwart en grijs is eventueel mogelijk in het collectief geoptimaliseerd buitengebied).
Als voorbehandeling van specifieke afvalwaters (bijv. vetrijk water van restaurants, grootkeukens en zetmeelrijk water van bakkerijen) moet je afscheiders plaatsen, zoals een vetvanger of een zetmeelafscheider. Pas dan kun je lozen in de openbare riolering. Gewoonlijk wordt dit opgelegd in de milieu- of stedenbouwkundige vergunning.
Julie Alboort
Ir.-architect