Clausules bij handelingen en fouten
Je kunt in een clausule beschrijven welke handelingen of fouten aanleiding geven tot aansprakelijkheid en welke niet. Enkele aandachtspunten:
- Verduidelijk wat toezicht inhoudt. Veel aansprakelijkheidsproblemen hebben te maken met de controle op de werkzaamheden. Daarom is het belangrijk dat je in je contract benadrukt dat het om een ‘normaal toezicht’ gaat. De rest is aan de vakman, die moet zijn taak naar behoren kunnen uitvoeren. Alleen bij een speciale uitvoering is er meer controle vereist. Je kunt bv. de volgende clausule inlassen: “De controle houdt geen bestendig toezicht of leiding van de werken in en is een nazicht van wat de aannemer heeft uitgevoerd of op dat ogenblik uitvoert”.
- Hoed je voor resultaatsverbintenissen in je contract.
- Aanvaard geen bepalingen die handelen over foutloze aansprakelijkheid, bv. burenhinder.
- Let op voor nietigheid. Vermijd clausules die in feite een uitholling van je wettelijke taken betekenen, want dan bestaat er een risico op nietigheid.
Afspraken over schade en schadebedragen
Je kunt in clausules bepalen welke schade zich kan voordoen en welk schadebedrag je maximaal verschuldigd kan zijn in geval van aansprakelijkheid.
- Spreek af welke schade ‘vergoedbaar’ is.
- Spreek af welk schadebedrag maximaal in aanmerking komt voor vergoeding. Wat je aansprakelijkheid voor budgetoverschrijding betreft, kan je bijvoorbeeld volgende clausule opnemen: “In geval van budgetoverschrijding naar aanleiding van de uitvoering van de werken welke door een fout van de architect is ontstaan, zal de hieruit voortvloeiende schade limitatief en forfaitair worden vergoed door afstand van het ereloon op het gedeelte van de prijs boven het overeengekomen budget”.
- Laat controleren of een bepaalde clausule geoorloofd is.
- Spreek af hoe het zit met de kosten van juridische en technische bijstand.
Wat met oorzakelijkheid?
Het regime van in solidum aansprakelijkheid is niet van openbare orde. Je kunt dus in solidum gehoudenheid uitsluiten of beperken. Een exoneratiebeding (of bevrijdingsbeding: een beding dat de aansprakelijkheid beperkt) in solidum aansprakelijkheid is geldig op voorwaarde dat het duidelijk en ondubbelzinnig verwoord is.
Je kunt bv. volgende formulering opnemen: “Het is de bouwheer verboden het deel van de aansprakelijkheid die ten laste valt van de aannemer uit hoofde van gebreken en fouten in de uitvoering, ten laste te leggen van de architect”.
Wat zijn de gevolgen van een dergelijk beding?
- Je bent als architect niet meer aansprakelijk voor een fout van de aannemer, maar wel nog voor je eigen fouten.
- De opdrachtgever kan jou als architect alleen nog aanspreken voor de schade die veroorzaakt is door jouw fout.
- De opdrachtgever kan de aannemer nog aanspreken bij samenlopende fouten, tenzij ook de aannemer een geldig exoneratiebeding heeft opgenomen.
- De rechter moet ieders aandeel in de schade bepalen.
- Rechtbank Luik 27 april 2007: “Het feit dat de gevolgen van de verbintenis in solidum duidelijk en ondubbelzinnig worden beperkt in een beding van een architectenovereenkomst, is niet strijdig met de openbare orde. Door te verduidelijken dat de architect niet de financiële gevolgen draagt van de vergissingen en fouten van de andere oprichters zoals de aannemer en door geen enkele aansprakelijkheid op te nemen samen met hem, zijn de partijen overeengekomen om de aansprakelijkheid van de architect te beperken tot de loutere gevolgen van zijn eigen fout. In die mate is het duidelijk dat de bouwheer verzaakt aan een vordering tot het herstel in totum tegen de architect.”
- Rechtbank Brussel 12 oktober 2001: “De clausule in de overeenkomst tussen architect en bouwheer volgens dewelke de architect geen aansprakelijkheid in solidum oploopt voor vergissingen en fouten van anderen die in het bouwproces tussenkomen, kan niet toegepast worden wanneer én de fout van de architect én deze van de aannemer aanleiding gaven tot eenzelfde schade. Krachtens de leer van de equivalentie van de oorzaken tussen fout en schade wordt elkeen der fouten die ertoe bijdroegen een en dezelfde schade te veroorzaken, geacht deze op zichzelf te hebben veroorzaakt.”
Mogelijke clausules over de termijn
De gemeenrechtelijke contractuele verjaringstermijn is in principe tien jaar. Je kunt de termijn beperken waarbinnen je als architect kan worden aangesproken. Maar je moet een onderscheid maken tussen de tienjarige aansprakelijkheid en de aansprakelijkheid voor lichte verborgen gebreken:
- Voor de tienjarige aansprakelijkheid van aannemer en architect is er geen beperking van de termijn mogelijk. Dan geldt dus altijd sowieso een termijn van tien jaar. Wel kun je de aanvang van deze termijn contractueel bepalen. Je kan opnemen dat hij van start gaat bij de voorlopige oplevering, en niet bij de definitieve oplevering, wat het geval is als er niets anders is afgesproken.
- Voor de aansprakelijkheid voor licht verborgen gebreken, die in principe voor tien jaar is, wordt wel een inkorting aanvaard. Die aansprakelijkheid is niet van openbare orde of 'dwingend recht' (in tegenstelling tot de aansprakelijkheid voor stabiliteitsproblemen). Er zijn in dit geval twee termijnen die in het contract kunnen worden beperkt: de waarborgtermijn en de proceduretermijn.
Contractuele beperking van de waarborgtermijn
Je kunt de aansprakelijkheidstermijn van tien jaar aanzienlijk inkorten. Voor particuliere opdrachtgevers hou je het best rekening met het advies van 16 december 2009 van de Commissie voor Onrechtmatige Bedingen. Dat stelt dat een termijn van één jaar na de oplevering onrechtmatig is en dat een termijn van drie jaar wel redelijk is. Het bedingen van een termijn van minder dan drie jaar wordt daarom vaak als ongeldig beschouwd in de rechtspraak.
Voor opdrachtgevers die geen particulieren zijn, zou het beperken van de waarborgtermijn tot slechts drie maanden na de voorlopige oplevering wel mogelijk zijn. Er is een arrest van 1 augustus 2013 van het Hof van Beroep te Brussel dat zo'n clausule in een aannemingscontract als rechtsgeldig beschouwt. Dus zou het ook in een architectencontract mogelijk zijn. Als je met één modelcontract (voor particuliere en niet-particuliere klanten) werkt, dan is het raadzaam om de aansprakelijkheidstermijn te beperken tot drie jaar (en niet minder lang).
Contractuele beperking van de proceduretermijn
Je kunt ook een clausule opnemen die vastlegt binnen welke termijn na het ontdekken van het gebrek de vordering moet worden ingesteld. Er zijn op het vlak van deze proceduretermijn geen (wettelijke) restricties waarmee je rekening moet houden. In het architectencontract kan dus uitdrukkelijk worden gesteld dat elke vordering op grond van licht verborgen gebreken moet worden ingesteld binnen pakweg zes maanden na kennisname van het gebrek.
Of de termijn al dan niet redelijk is, wordt aan de rechter overgelaten. Die zal bij zijn beoordeling rekening houden met alle omstandigheden van de zaak, met name de aard van het gebrek, de hoedanigheid van partijen, de vraag of partijen reeds onderhandelingen hebben gevoerd of in gemeen overleg pogingen tot herstel hebben ondernomen, ...
Mr. Christophe Lenders
Advocaat
GSJ Advocaten