DEONTOLOGISCHE VERZEKERINGSPLICHT
Deontologisch ben je als architect verplicht om de volledige beroepsaansprakelijkheid voor elk bouwproject te verzekeren. Zo bepaalt artikel 15 van het Reglement van beroepsplichten dat de architect zijn burgerlijke beroepsaansprakelijkheid moet verzekeren, en bijhorend de tienjarige aansprakelijkheid.
Bovendien is het attest van je verzekering beroepsaansprakelijkheid een van de voorwaarden voor de inschrijving op de tabel van de Orde van Architecten en dus noodzakelijk om het beroep van Architect geldig uit te voeren.
Los daarvan is een verzekering ook gewoon aan te raden gezien de mogelijke gevolgen van een schadegeval op jouw loopbaan en vermogen als architect(e).
WETTELIJKE VERZEKERINGSPLICHT
Naast de deontologische verzekeringsplicht is er ook een wettelijke verzekeringsplicht voor architecten. Deze is verankerd in drie wetten:
- De Wet Peeters-Borsus (of Wet Peeters I): verzekeringsplicht voor de tienjarige aansprakelijkheid.
- De Wet Peeters-Ducarme (of Wet Peeters II): verzekeringsplicht voor de beroepsaansprakelijkheid, met uitsluiting van de tienjarige aansprakelijkheid.
- Artikel 2 §4 van de Wet van 20 februari 1939 op de bescherming van de titel en het beroep van architect, verwijst ook naar de Wet Peeters I en Wet Peeters II en stelt dat niemand het beroep van architect mag uitoefenen, zonder verzekerd te zoals beschreven in deze wetten. Architecten zijn hiermee de enige verplicht verzekerde beroepsgroep voor wie dit telt.
WET PEETERS I (PEETERS-BORSUS)
Voor wie?
De Wet Peeters I dateert van 2017 en legt sinds 2018 een verzekeringsplicht op aan aannemers, architecten en andere dienstverleners in de bouwsector van wie de tienjarige aansprakelijkheid (conform artikels 1792-2270 Oud Burgerlijk Wetboek) in het gedrang kan komen.
De begrippen 'aannemer', 'architect' en 'andere dienstverlener in de bouwsector' worden specifiek voor de toepassing van de Wet Peeters I gedefinieerd in artikel 2 van deze wet.
Aannemer: “Iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon, die zich ertoe verbindt om voor rekening van een ander en tegen rechtstreekse of onrechtstreekse vergoeding, in volledige onafhankelijkheid maar zonder vertegenwoordigingsbevoegdheid, een bepaald onroerend werk op woningen die in België gelegen zijn te verrichten.”
Belangrijk is dus dat de aannemer hiervoor rechtstreeks of onrechtstreeks moet worden betaald. Zelfs een symbolische vergoeding is daarbij voldoende. Ook moet hij of zij de werken uitvoeren voor iemand anders. Zelfbouwers vallen dus niet onder de verzekeringsplicht.
Architect: “Elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die ertoe gemachtigd is het beroep van architect uit te oefenen overeenkomstig artikel 2 van de wet van 20 februari 1939.”
Zowel zelfstandige architecten als architecten in een bediendenstatuut vallen onder de verzekeringsplicht.
Andere dienstverlener in de bouwsector: “Elke natuurlijke persoon of rechtspersoon, andere dan bouwpromotoren, die voor rekening van een derde en mits rechtstreekse of onrechtstreekse vergoeding zich ertoe verbindt, in volledige onafhankelijkheid maar zonder vertegenwoordigingsbevoegdheid, immateriële prestaties te verrichten die betrekking hebben op een bepaald onroerend werk op woningen die in België gelegen zijn.”
Deze definitie loopt gelijk met de definitie van de klassieke aannemer. Leveranciers en promotoren vallen buiten de verplichting, tenzij ze zelf ook optreden als aannemer. Zelfs wanneer een promotor verkoopt onder het regime van de Wet Breyne, en dus wel degelijk een tienjarige aansprakelijkheid draagt tegenover de koper, moet die zich niet verplicht verzekeren conform Peeters I.
Voor alle partijen is het van belang dat zij enkel onder de verzekeringsplicht vallen als hun tienjarige aansprakelijkheid in het gedrang kan komen. Aannemers die louter voor de afwerking instaan, ontsnappen aan de verplichting, net als dienstverleners zoals EPB-verslaggevers of veiligheidscoördinatoren. Ook interieurarchitecten, studiebureaus akoestiek en verlichtingsconsulenten hoeven zich om die reden niet te verzekeren conform de Wet Peeters I.
Wanneer van toepassing?
De wet is enkel van toepassing onder deze voorwaarden:
- Het betreft onroerende werken in België.
- Het gebouw is voor meer dan de helft van de oppervlakte bestemd voor bewoning.
- Het betreft werken waarvoor de tussenkomst van een architect verplicht is.
- De verzekering is beperkt tot ernstige gebreken met betrekking tot de soliditeit en stabiliteit van de gesloten ruwbouw, net als ernstige gebreken met betrekking tot de waterdichtheid van de gesloten ruwbouw wanneer deze waterdichtheidsproblemen de soliditeit of de stabiliteit van de woning in gevaar brengen.
- De definitieve vergunning werd verleend na 1 juli 2018.
We nemen deze voorwaarden even verder onder de loep …
België
Zowel de werken als de ontwerpprestaties moeten in België gebeuren. Dat wil zeggen dat een architect die ontwerpt vanuit België voor een gebouw in het buitenland niet verplicht verzekerd moet zijn. Andersom moet een architect die ontwerpt vanuit het buitenland voor een gebouw gelegen in België evenmin verzekerd zijn.
Bewoning
Voor de bestemmingsvereiste van “woning” wordt gekeken naar de verhouding van de oppervlakte die bestemd is voor bewoning vergeleken met de totale oppervlakte. Het begrip wordt verder gedefinieerd in artikel 2, 4°, eerste lid Wet Peeters I.
Er is een specifieke uitsluiting voor kamers in gemeenschappelijke gebouwen (artikel 2, 4°, derde lid Wet Peeters I). Kamers in een gebouw waarvan ten minste één woonplaats of een sanitair lokaal wordt gebruikt door meerdere personen die onderling geen familiale band met elkaar hebben, worden uitgesloten van de verzekeringsplicht. Denk aan kloosters, klinieken, ziekenhuizen, gestichten, studentenkamers en kamers voor seizoenarbeiders. Ook cohousingprojecten zijn in principe niet verzekeringsplichtig, gezien hier normaal geen onderlinge familiale band is. Een klassieke kangoeroewoning zou dan wel weer onder het toepassingsgebied vallen, in de veronderstelling dat er geen gemeenschappelijke ruimtes en voorzieningen zijn of dat er wel degelijk een familiale band is tussen de bewoners.
Tussenkomst van een architect
De verzekeringsplicht geldt enkel voor werken waarvoor de tussenkomst van een architect verplicht is. Dit verschilt in België per regio.
- In het Vlaams Gewest bepaalt de VCRO (artikel 4.2.1) voor welke stedenbouwkundige handelingen een voorafgaande omgevingsvergunning nodig is. Ook een meldingsplicht geldt in het Vlaamse Gewest als een voorafgaande toelating tot bouwen en daarom zijn in het Vlaams Gewest ook meldingsplichtige handelingen verzekeringsplichtig (zolang ook de andere voorwaarden van toepassing zijn uiteraard).
- Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bepaalt het BWRO (artikel 98 §1) welke handelingen en werken onderworpen zijn aan een stedenbouwkundige vergunning.
- Voor het Waals Gewest verwijzen we naar de CoDT (artikel D.IV.4.).
Merk ook op dat wanneer de verschillende gewesten bepaalde werken en handelingen hebben vrijgesteld van de medewerking van een architect, deze werken ook niet onder de verzekeringsplicht in het kader van de Wet Peeters I vallen.
Gesloten ruwbouw
Gesloten ruwbouw betekent:
- De ruwbouw: dragende elementen zoals funderingen, dragende structuurelementen zoals ondergrondse constructies, dragende muren, vloeren en wanden – in zoverre dragend.
- Maar ook elementen die de woning wind- en waterdicht maken zoals buitenschrijnwerk en het dak.
Logischerwijs vallen technieken, binneninrichting en binnenafwerking hier niet onder. Dit wil echter niet zeggen dat bijvoorbeeld een ingenieur technieken nooit onder de verzekeringsplicht valt. Wanneer diens werken een oplossing voor een constructieprobleem met zich meebrengen of de stabiliteit van de woning wijzigen, dan kan ook de ingenieur technieken vallen onder de verzekeringsplicht. De rechtbank zal hierbij steeds de situatie moeten beoordelen.
Extra verplichting voor de architect: controle verzekeringsattest aannemer
De Wet Peeters I (artikel 12 §1, eerste lid) verplicht aannemers en andere dienstverleners in de bouw die onder de verzekeringsplicht vallen om voor de start van de werken aan de opdrachtgever en de architect een verzekeringsattest over te maken. De wet legt ook aan architecten een extra controletaak op. Zo moet je als architect het attest indien nodig opeisen. Ook de memorie van toelichting bevestigt dat je hier een controletaak hebt en dat jouw aansprakelijkheid in het gedrang kan komen als de opdrachtgever schade lijdt en je het attest niet of laattijdig hebt opgevraagd.
In de praktijk stellen wij vast dat deze controletaak allerminst eenvoudig is en dat heel wat architecten zondigen tegen de regels. Uit controles van de overheid bleek dat architecten regelmatig het verzekeringsattest van de tienjarige aansprakelijkheid van de aannemer(s) niet op tijd opvroegen. Sommige gecontroleerde architecten gaven aan dit te doen op het einde van de werken of op het moment van de controle. En dat is zorgwekkend. Zo riskeer je strafrechtelijke geldboetes van 26 tot 10.000 euro, of 4% van de totale jaaromzet in het laatst afgesloten boekjaar als dit een hoger bedrag is.
Weet bovendien dat te laat ingediende aanvragen niet langer door de vingers worden gezien: waar verzekeraars van de aannemers de attesten vroeger nog afleverden na de start van de werken (met aangepaste datum), zien we dit nu niet meer gebeuren.
Daarnaast horen wij regelmatig dat aannemers hun attest niet willen overhandigen. Volgens de FOD Economie mag je een aannemer zonder geldig verzekeringsattest niet laten starten aan de werken en moet je desnoods de werf stilleggen. Met dit laatste is NAV niet akkoord.
Wat kan en moet je volgens NAV wel doen? Dat lees je hier (inclusief modelbrieven): Wat als de aannemer weigert om een verzekeringsattest over te maken?
WET PEETERS II (PEETERS-DUCARME)
Voor wie?
De Wet Peeters II legt sinds 2019 aan de intellectuele beroepen in de bouwsector een verzekeringsplicht op van hun burgerlijke beroepsaansprakelijkheid. En dit voor intellectuele prestaties die zij beroepshalve stellen met betrekking tot onroerende werken. Aannemers zijn dus uitgesloten van het toepassingsgebied, tenzij hun materiële prestaties ondergeschikt zijn aan de intellectuele prestaties die zij leveren. Zo valt een geotechnisch studiebureau dat grondsonderingen uitvoert wel onder het toepassingsgebied omdat de grondsonderingen ondergeschikt zijn aan het studiewerk.
Vallen dus onder het toepassingsgebied:
- Architecten
- Interieurarchitecten
- Landschapsarchitecten
- Stedenbouwkundigen
- Landmeters-experten
- Veiligheids- en gezondheidscoördinatoren
- Alle andere dienstverleners
Dat laatste toepassingsgebied is een soort ‘restcategorie’ waar al zeker volgende dienstverleners onder vallen: stabiliteitsingenieurs, studiebureaus technieken, studiebureaus akoestiek, verlichtingsconsulenten, projectmanagers, EPB-verslaggevers, energiedeskundigen en BIM-managers.
Deze wettelijke verzekeringsplicht geldt voor elke burgerlijke beroepsaansprakelijkheid met uitzondering van de tienjarige aansprakelijkheid (conform artikels 1792-2270 Oud Burgerlijk Wetboek).
Bouwpromotoren zijn opnieuw uitdrukkelijk uitgesloten in de Wet Peeters II (artikel 2, 4° Wet Peeters II).
Wanneer van toepassing?
Het toepassingsgebied van de wet Peeters II is breder dan dat van Peeters I:
- Ook voor intellectuele prestaties die in het buitenland worden uitgevoerd, zolang de uiteindelijke materiële prestaties betrekking hebben op een gebouw in België.
- Niet louter voor woningbouw, maar voor alle mogelijke functionele bestemmingen.
- Ook voor werken zonder verplichte medewerking van de architect.
- Immateriële prestaties voor alle werken in onroerende staat en dus niet enkel voor werken die de stabiliteit en soliditeit van de ruwbouw in het gedrang brengen.
- Voor diensten die werden uitgevoerd na 1 juli 2019.
BEREID JE VOOR OP CONTROLES DOOR DE ECONOMISCHE INSPECTIE
NAV heeft weet van controle op o.a. de verzekeringsplicht door de economische inspectie. In dit artikel vind je alle informatie om je goed voor te bereiden op zo’n controle. We geven ook een checklist mee van dingen die je zeker in orde moet hebben.

Eline Debast
Juridisch adviseur
NAV