Nieuws

'We werken niet alleen aan gebouwen, maar ook aan businessmodellen met ecologische & sociale impact'

Colette Demil & Staf Bellens • 4 december 2019

Als ondernemer in de bouwsector niet alleen ecologisch bouwen maar ook businessmodellen met een stevige ecologische en sociale impact ontwikkelen om zo de transitie naar meer sociale gelijkheid en een leefbare planeet te versnellen, zo kunnen we de missie van BAST architects & engineers samenvatten. Het bureau zit zelf in een transformatieproces. Het verpopte zopas tot een coöperatief bedrijf met acht vennoten, en bereidt momenteel nabij het Gentse station de restauratie en renovatie van een geklasseerde woning met voormalig textielatelier tot coworkingplace en ontmoetingsplek voor. Een gesprek met de oprichters architect Alexis Versele en ingenieur- architect Bruno Deraedt.

Foto: Studio Dann

BAST architects & engineers zag het daglicht in 2013, het jaar waarin Bruno Deraedt (UGent, 1995; Menselijke Ecologie VUB, 1996) en Alexis Versele (Sint-Lucas Gent, 1983, aangevuld met een master industrieel design in Milaan) na een intensieve voorbereiding de handen in elkaar sloegen. Echt verrassend was die stap niet. Hun beider bureaus waren op een steenworp van elkaar gevestigd, zwoeren allebei bij ecologisch bouwen met bij voorkeur nagroeibare materialen, hechtten veel belang aan sociaal ondernemen en werkten al diverse keren samen. Om hun gezamenlijk streven naar een verbreding van hun nichemarkt te realiseren, vonden ze een fusie de meest aangewezen weg. “Ik zag vele voordelen”, aldus Bruno Deraedt.

 

“We zijn gestart met drie partners die elk ruim tien jaar in leeftijd verschilden, wat een interessant team opleverde. Het feit dat Alexis aan onderzoek doet aan de KU Leuven, bood een uitgelezen kans om een bureau met een stevige expertise uit te bouwen. De fusie opende tevens de gelegenheid om over te stappen naar een coöperatieve, een concept waarin ik sterk geloof.”

 

Die laatste stap had wel wat voeten in de aarde en werd pas onlangs gefinaliseerd. Bruno Deraedt: “Je moet een bepaalde cultuur ontwikkelen en duidelijk maken hoe de beslissingscultuur van een coöperatie in elkaar zit. Je kan bv. ook zonder bestuurstaken op te nemen perfect instappen als coöperant en mee de grote lijnen uitzetten om de werkerscoöperatie het ecologische draagvlak te laten uitdragen.”

 

“Dat leerproces vergt tijd, zodat we de eerste jaren als een gewone vennootschap functioneerden”, vult Alexis Versele aan. “Intussen tellen we effectief acht coöperanten op een totaal van 24 medewerkers. Daarmee is een andere reden voor de fusie, de continuïteit van mijn vroegere architectenbureau, ingevuld. Er zullen nu immers geregeld jonge coöperanten bijkomen. Het ideale scenario is dat alle medewerkers instappen, maar een must is dat allerminst. Tijdens sollicitatiegesprekken polsen we altijd naar de eventuele interesse, maar het is zeker geen vereiste.”

 

Bruno Deraedt: “Als wij knopen doorhakken, betrekken wij ook de niet-vennoten bij het overleg. Dat is niet meer dan logisch, gezien onze participatieve visie op duurzaamheid. De complexe uitdagingen en de maatschappelijke transformatie waarmee we vandaag worden geconfronteerd, kunnen we alleen op een cocreatieve manier beantwoorden. De tijd van de architect-bouwmeester is voorbij. Vandaag moeten we in team met de opdrachtgever, de aannemers en andere betrokken partijen de verschillende vaardigheden bundelen om een optimale oplossing te bedenken voor de gestelde vraag. Duurzaamheid en ecologie omvatten veel aspecten, waarop wij telkens een optimaal toekomstbestendig antwoord moeten zoeken. Het sluiten van kringen heeft niet alleen betrekking op het materiaalgebruik, maar ook op water, op energie, op structuren. Het ontwerp van een structuur bepaalt bv. mee of een gebouw achteraf gemakkelijk aanpasbaar of selectief sloopbaar is. Als je al die facetten naast elkaar legt en daar de verschillende vaardigheden en knowhow op los laat, krijg je een sterker en intenser ontwerp. Die integrale aanpak is ons handelsmerk.”

 

Ontwerpen als proces

 

Vindt BAST gemakkelijk medewerkers? “De instroom van jongeren vormt geen probleem, want die willen graag aan de slag in een werkomgeving die op duurzaamheid is geënt”, aldus Bruno Deraedt. “Projectarchitecten daarentegen zijn moeilijker te recruteren. Zij zijn minder geporteerd voor ecologie en hebben er dikwijls ook minder kennis van. Nieuwe medewerkers kunnen bij ons kiezen tussen een statuut als zelfstandige of als bediende, met evenwaardige rechten en plichten. Momenteel is de verhouding fiftyfifty, waarschijnlijk mede doordat we nogal wat ingenieurs in onze rangen tellen.”

 

In het onderwijs blijft duurzaamheid nog te veel verweesd achter en hangt de aandacht ervoor te veel af van individuen, vinden onze gesprekspartners. Alexis Versele: “Ook onderbelicht blijven de uitvoerbaarheid en het maatschappelijke karakter van de architectuur. De nadruk ligt op de individualiteit en het esthetiseren van architectuur. Maar wat mij het meest stoort, is dat die esthetische en puur architecturale dimensie te subjectief wordt benaderd. Nog altijd worden studenten bij de presentatie van ontwerpen uitgescholden voor rotte vis zonder dat ze weten waarom. Nochtans kan je ontwerpen objectiveren, denk maar aan het werk van Dom Hans van der Laan.” In het ontwerp bekleedt het proces voor BAST een even belangrijke plaats als het resultaat. Bruno Deraedt: “Dat ligt anders als je een museum bouwt, want dan doe je als architect een uitspraak. Maar wij zijn met andere opdrachten bezig: nieuwe woonvormen, bijzondere jeugdzorg, scholen, sociale projecten, kinderopvang, kantoren, een dierenasiel. Voor dergelijke opdrachten komt het er op aan via de meest aangewezen vormen en materialen uitdrukking te geven aan wat de opdrachtgever op die specifieke plek wil realiseren. Ik kom zelf uit een aannemersfamilie, en ben mijn ouders dankbaar dat een werf daardoor geen geheimen had voor mij. Maar naast het bouwtechnische aspect is architectuur ook een middel om vorm te geven aan een oversteekplaats voor mensen, een plek waar ze tot rust kunnen komen en zich goed voelen.

Bij de bouw van Wiegelied, een kinderdagverblijf voor 72 kinderen met bijhorende kantoren, een multifunctioneel atrium, keuken en personeelsruimtes, stonden bio-ecologische principes centraal. Bewust werd gekozen voor materialen en energieconcepten met een minimale impact op gezondheid en milieu. De structuur is in houtskelet, gevuld met stro en kalkhennep. De strobouwwanden zijn afgewerkt met traskalkpleister, de kalkhennepwanden met een plaatmateriaal uit accoya-fineer.

Vandaar dat het participatieve traject met de opdrachtgever en de aannemers even belangrijk is als het resultaat. Vandaar ook dat wij, met uitzondering van associaties waarin wij worden uitgenodigd omwille van onze expertise, zelden en altijd heel gericht deelnemen aan wedstrijden.Uitschrijvers van een competitie willen immers meestal een beeld zien, terwijl wij hen een procesaanpak voorleggen.”

 

“Wij hanteren ook geen achterliggend idee van een ideaal project, maar werken met een set criteria waarvan, afhankelijk van het project, het ene criterium wat meer nadruk krijgt dan het andere en als het even kan een bron van innovatie vormt. Die innovatie reikt heel breed, van onderzoek naar materialen over prefabricatie en circulair bouwen tot nieuwe woonvormen en sociale bouwprojecten. Die brede basis versterkt onze projecten. In Bever renoveren we bv. een voormalig klooster tot woongelegenheden met compacte privéruimtes van 40 tot 50 m² en voor de rest gedeelde ruimtes: bibliotheek, eetruimte, living. Dergelijke compacte woonvormen verkleinen de voetafdruk en komen de betaalbaarheid ten goede. Een ander onderzoeksdomein is prefabricatie in hout. Bouwen is een uiterst complex gegeven. Prefabricatie maakt het mogelijk je product op voorhand te engineeren en zo bouwfouten voor een groot deel te reduceren. Vormelijk zijn er geen beperkingen, want onder andere dankzij BIM-modellen is prefabricatie op maat vandaag perfect haalbaar. Om de gewenste versnelling naar ecologisch en sociaal geïnspireerd bouwen te induceren, trachten we ook aan de aanbodzijde zaken in beweging te zetten. Daarvoor gaan we partnerschappen aan met aannemers of fabrikanten om interessante systemen in de markt te zetten. In onze houtbouw gebruiken we bv. connectoren die vlot weer los te maken zijn en een circulair gebouw mogelijk maken. Om het kort samen te vatten: wij werken niet alleen aan gebouwen, maar ook aan businessmodellen met een sterke ecologische en sociale impact.”

 

Impact vergroten

 

Innovatie gaat voor BAST hand in hand met industrialisering en opschaling. Alexis Versele: “Oplossingen op een individueel perceel zijn zinvol, maar geven geen antwoord op de maatschappelijke uitdagingen. Al in 1998 stond ik mee aan de wieg van de vzw EcoLEEM-EcoTERRE die het gebruik van leem als bouwproduct wou opschalen en van een louter artisanale naar een meer industriële aanpak doen evolueren. Daarvoor hadden we een samenwerking opgezet met steenbakkerij Vande Moortel die leempleisters en leemstenen produceerde volgens een door ons ontwikkeld recept. Ook de stap naar het niveau van de wijk is noodzakelijk. Om daarin tot een proces te komen en daadwerkelijk zaken in beweging te krijgen, heb je meerdere partners nodig: ondernemers, de academische wereld, de overheid en het middenveld. Die partijen hebben we bij elkaar gebracht in RenoseeC, het proefproject voor collectieve wijkrenovatie van onder andere KU Leuven, BAST, de vzw Domus Mundi en de stad Gent, samen met verschillende andere partners uit de bouwnijverheid en het maatschappelijk middenveld. Naast bouwkundige ingrepen wou RenoseeC, wat staat voor renovaties met sociale, economische en ecologische meerwaarde via collectieve aanpak, ook de sociale cohesie bevorderen. In oktober 2018 is het proefproject in Gent afgerond met een draaiboek en een aantal financiële formules. Daarmee beschikken we nu over een product dat we met de steun van de provincie Oost-Vlaanderen via een vzw in andere steden op de markt brengen onder de noemer RenoseeC+. We stellen daarvoor een pool van lokale bouwteams met architecten en aannemers samen, die in samenwerking met de plaatselijke overheid, de opdrachtgever en het lokale maatschappelijk middenveld voor de beoogde opschaling kunnen zorgen. Een eerste project in Sint-Niklaas is volop in voorbereiding.”

Het cohousingproject in Drongen omvat zes ecologische nieuwbouwwoningen met elk een privétuintje. Gemeenschappelijk zijn onder andere de fietskelder, een tot gemeenschappelijk paviljoen verbouwde geklasseerde boerenwoning, het erf met tuin, parkeerzone, speelruimte. Alle woningen zijn gebouwd volgens het BEN-principe.

“Nog zo’n opschaling waar we als BAST bij betrokken zijn, is Gent KnapT OP, een vervolg op het proefproject Dampoort KnapT OP. In dat laatste initiatief kregen tien woningeigenaars die zelf niet over de nodige middelen voor een renovatie beschikten, ondersteuning van het OCMW. De afspraak luidde dat bij een verkoop achteraf de financiële middelen met meerwaarde terugvloeien naar dat OCMW. Dat concept breiden we met Gent KnapT OP uit van kwetsbare noodeigenaars naar drie andere doelgroepen: huurders, 55-plussers en verenigingen van mede-eigenaars.”

 

Nog een voorbeeld van innoverend onderzoek is Intellovate, een project dat kadert in de speerpuntcluster voor energie FLUX50 van VLAIO, het Vlaams agentschap innoveren en ondernemen. Samen met het aannemingsbedrijf Renotec, energieadviseur E20, het adviesbureau voor bedrijfsvoering Creamo Sustainable Business Creation en met ondersteuning van het WTCB en de onderzoeksgroep Duurzaam bouwen aan de Technologiecampus Gent van KU Leuven ontwikkelt BAST daarin een bouwconcept om in bestaande kantoorgebouwen met beperkte ruimte de gebouwschil te renoveren en de technische uitrusting te upgraden op maat van gebruikers en eigenaars.

 

Zingeving

 

De samenwerking met de onderzoeksgroep Duurzame gebouwen aan de Technologiecampus Gent van KU Leuven is geen toeval. Alexis Versele is namelijk sinds 1992 als onderzoeker verbonden aan KaHo Sint-Lieven, dat vandaag deel uitmaakt van de faculteit industriële ingenieurswetenschappen van KU Leuven. Binnen de in 2008 opgestarte onderzoeksgroep Duurzaam bouwen, coördineert hij het onderzoek naar de socio-ecologische duurzaamheid van gebouwen. “Interessant is dat dit onderzoek geen finaliteit op zich vormt, maar kan uitmonden in businessmodellen die door anderen in de markt worden gezet. Ik geloof sterk in een soort ecosysteem van partners die los van elkaar kunnen werken maar ook als een geheel kunnen functioneren en daarbij kennis en ervaring uitwisselen, met als gemeenschappelijke noemer maatschappelijk verantwoord ondernemen. Dat is wat we doen met BAST, met de vzw Domus Mundi, met RenoseeC, met ReWind dat zich inzet voor de reïntegratie van ex-gedetineerden in de samenleving via tewerkstelling, met de vzw Pandschap die woningen zoekt en renoveert om ze via een sociaal verhuurkantoor te verhuren aan mensen die op de reguliere woonmarkt uit de boot vallen. Ik ben ondernemer vanuit een christelijke inspiratie. Het geloof waar ik mee grootgebracht ben, heb ik op zeker ogenblik teruggevonden dankzij de organisatie Focolare, die met haar pleidooi voor een gemeenschapseconomie de ecologische gedachte een christelijke invulling geeft.”

 

Die spirituele inspiratie vormde mee een pijler onder de fusie. Bruno Deraedt: “Ik onderneem eerder vanuit breed spirituele dan wel christelijke drijfveren, maar onze visies en waarden harmoniëren sterk. Ook het ecologische was voor mij altijd een evidentie, niet vanuit een of andere opleiding, maar vanuit persoonlijke ervaring. Toen ik afstudeerde, stond ik erg dicht bij de natuur en putte ik daar veel energie uit. De stap naar ecologisch bouwen met bij voorkeur nagroeibare materialen was daardoor vanzelfsprekend. Na mijn studies heb ik enkele jaren een bureau gerund samen met een collega. In 2000 ben ik overgestapt naar het centrum voor duurzame ontwikkeling CDO van UGent, waar ik beleidsvoorbereidend werk deed en mee aan de wieg stond van de transitiebeweging duurzaam bouwen en wonen. Maar voor je in die wereld resultaten ziet, sta je al snel tien tot vijftien jaar verder, terwijl ik een doener ben die snel iets wil realiseren. Onder andere daarom ben ik na vijf jaar teruggekeerd naar de bouwwereld en startte ik een eigen bureau voor ecologisch bouwen op. Dankzij die wetenschappelijke achtergrond kon ik terugvallen op een denkkader waarmee ik sterker stond in die wereld.”

 

Zijn onderzoeksprojecten voeren Alexis Versele soms ook naar het buitenland. “In het kader van een VLIR-IUS project onderzoeken we hoe we de privésector in ontwikkelingslanden kunnen onderzoeken. In Vietnam analyseren wij de waardeketen van bamboe, van teelt tot einde leven. Dat materiaal, waarvan het potentieel vandaag sterk onderbenut is, willen we industrialiseren en op grotere schaal gebruiken. Voor de knowhow over de teeltfase kunnen we rekenen op de steun van bio-ingenieurs aan de KU Leuven en UGent. Met dergelijke projecten trachten we de schotten tussen onderzoek en onderwijs, ondernemingen en ngo’s te doorbreken. Nog te dikwijls verdwijnt onderzoek in de lade of staan ngo’s sceptisch ten opzichte van bedrijven die winst maken. Nochtans wint iedereen erbij als die kennis en onderzoeksresultaten doorstromen naar de economie.”

 

Ten Dries, een gebouw voor jongerenzorg in Sint-Denijs, is hopeloos verouderd. Tegen 2020 verrijzen op de site een aantal nieuwe woonclusters voor telkens 8 kinderen met begeleider, een multifunctioneel gebouw, tal van voorzieningen en een overdekte buitenruimte voor activiteiten. Centraal in het ontwerp staan duurzaamheid, kostenbeheersing, geborgenheid, veiligheid, privacy en openheid. In tegenstelling tot het vroegere gesloten gebouw dat alle toegankelijkheid weerde, opent de site zich via onder andere een centraal ontmoetingsplein naar buiten.

Nuttige links